Plukken

Ruwharige vachten (zoals Ruwharige Teckel, Ruwharige Terriër) worden geplukt. Bij het plukken van een vacht worden oude plukrijpe haren verwijderd tot aan de ondervacht, dit wordt een net en strak resultaat mits de hond een mooie, dikke ondervacht heeft. Dit wordt meestal met de hand evt met trim mes gedaan. Plukken is niet pijnlijk voor uw hond, de bovenste dode haarlaag wordt namelijk verwijderd zodat de nieuwe vacht alle ruimte krijgt om zich goed te ontwikkelen. Als dit niet op tijd gebeurt dan kan het zijn dat uw hond last krijgt van jeuk, zichzelf gaat bijten waardoor u dan bij de dierenarts terecht kunt komen. De meeste pluk honden komen gemiddeld 2 keer per jaar in de trimsalon, dat licht aan het type pluk vacht van uw hond. Onder het plukken verstaan we 2 pluk technieken:
- Plukvacht
- Stripvacht
Bij een plukvacht worden de haren geplukt tot aan de ondervacht, dit wordt een net en strak resultaat mits de hond een mooie, dikke ondervacht heeft. Heeft de hond deze niet? Dan pluk je de hond kaal. Bij het opzetten van een stripvacht blijft de hond langer haar behouden, omdat het opzetten van een stripvacht tijd kost. De hond zal zo’n 4 keer per jaar naar de trimsalon komen. Bij elke trimbeurt wordt er een deel van de haren geplukt en het andere deel zal de eerstvolgende beurt weer geplukt worden.
De rassen met een ruwe vacht / plukvacht zijn o.a. ruwharige Teckels, ruwharige Jack Russels, Cairn Terriër en West Highland White Terriër
